Sssss
Kigali is een groene
stad, uitgestrekt over een heel aantal heuvels. Joggen en wandelen zijn een
goede manier om een stad te verkennen, vind ik. Door de stevige hellingen is
fietsen, joggen en wandelen altijd een serieuze sportactiviteit. In Da Nang liep
ik op zeeniveau, en het was er plat. Kigali ligt op een gemiddelde hoogte van
1500. Je kan je voorstellen hoe mijn eerste jogsessies verliepen. Puffend als
een oude stoomboot, de hellingen op. Afzien dus.
En zo liep ik na een felle regenbui een toertje, net voor het donker zou worden. Dat gebeurt hier in een mum van tijd. De schemering duurt amper een half uur. Ik passeerde de Amerikaanse ambassade en sloeg rechtsaf. Aan de meeste geasfalteerde wegen zijn er trottoirs die vlot begaanbaar zijn en niet, zoals in Vietnam, volgepropt staan met scooters and eetstalletjes. Meestal is er maar aan een kant een voetpad.
Ik had een goed
ritme bereikt en was op weg naar mijn tijdelijke woning. “Sssss”, hoorde ik aan
de overkant van de weg. Joggen. “Ssss”, hoorde ik opnieuw, van de overkant van
de weg. Maar ook van wat verderop. Opkijken. Aan de overkant van de weg staan
voetgangers naar mij tekens te maken. Wat verderop staat een militair (of is
het politie?) ook met een arm te zwaaien. Oh, ik begrijp het. Ik mag niet aan
deze kant van de weg lopen. Ik steek snel de viervaksbaan over en vervolg mijn
pad aan de overkant. Ik zie dat het voetpad waar ik liep, ophoudt. Daar begint een
gebied met verhoogde veiligheidsmaatregelen.
Zowel de agent
als de voorbijgangers probeerden mijn aandacht te trekken. Niet door “helaba”
of zo te roepen, maar door een simpel geluid “sss”. Dat werkt. Ik moet er
alleen nog op leren reageren.
Reacties
Een reactie posten