Orania
De langste rivier in Zuid-Afrika ontspringt in de bergen
van Lesotho en heet de Oranje. Verschillende stuwdammen zorgen voor
elektriciteit en via een ingewikkeld systeem van kanalen en buizen ook voor
water in waterschaarse gebieden. Voor het bouwen van een van de stuwdammen, de
Vanderkloofdam, werd in 1963 een tijdelijk dorp opgericht voor de ingenieurs en
arbeiders. Het dorp werd uiteindelijk Orania genoemd. Het dorp werd gebouwd
zoals alle dorpen in Apart Zuid-Afrika: een wit hoofddorp en op een kleine
afstand, het woongebied voor de kleurling arbeiders. Na het voltooien van de
dam, trokken de mensen geleidelijk weg en tegen 1981 was het dorp zo goed als
verlaten.
In 1990 kocht Carel Boshoff, de schoonzoon van Verwoerd,
een van de Apartheidspremiers, samen met een aantal andere families het hele
dorp voor een appel en een ei.
Boshoff en zijn beweging speelden al langer met het
idee om een Afrikaner volksstaat op te richten. Ze voorzagen dat de
Apartheidspolitiek, met maar 13% van het land voor de bantoestans -zwarte
semi-autonome republieken- uiteindelijk niet volhoudbaar was en dat er dus
gezocht moest worden naar een andere manier om het “Volk” te bewaren. De
volksstaat zou een klein deel van Zuid-Afrika beslaan: van Orania, tot de
Atlantische oceaan, voornamelijk Karoo, droog land. In deze staat zouden
Afrikaners al hun werk zelf doen en dat zou dus een opoffering betekenen voor
een groep mensen die het harde werk al eeuwen overliet aan zwarten en
kleurlingen. Nelson Mandela werd vrijgelaten in 1990 en in het zelfde jaar werd
Orania aangekocht en als prive-gebied stap voor stap ontwikkeld.
De eerste gezinnen gingen er in 1991 wonen. De
kleurlingen die nog in de township woonden werden verzocht te vertrekken.
Vandaag, 15 jaar later, is het dorp 1300 koppen groot. Ze noemen zichzelf een
Christelijk Afrikaner gemeenschap. Je moet aanvraag doen om er te mogen gaan
wonen. Wie een huis wil kopen, wordt eigenlijk aandeelhouder in het Orania
project. Aangezien het hele gebied, waar in de loop der jaren hectares
(landbouw)grond is aan toegevoegd, privaat eigendom is kan de dorpsraad
maatregelen nemen om zoals zij het noemen “de Afrikanerzelfbeschikking” te
stimuleren en geloof, taal en cultuur te beschermen. Ze geloven dat die eigenheid
alleen op eigen grondgebied kan gewaarborgd worden, en niet in het huidige Zuid-Afrika.
En volgens de Zuid-Afrikaanse grondwet, mogen ze dat inderdaad doen.
Het is een rare ervaring om in Orania rond te rijden.
Het is wit. Uiteraard. Niet-blanken kunnen in de winkels spullen kopen, maar ze
kunnen er niet verblijven. Er wordt wel eens beroep gedaan op arbeid van buiten
het dorp, maar het dorp probeert zoveel mogelijk zelfbedruipend te zijn. Dat leidt
tot taferelen die je in de rest van Zuid-Afrika zelden ziet. Blanken die bezig
zijn met zware arbeid, gescheiden afvalophaling, zonnepannelen en zonneboilers,
ecologische huizenbouw. Door de nabijheid van de rivier is irrigatie hier
perfect mogelijk. De landerijen zijn indrukwekkend.
Bij de ingang van het dorp het Verwoerdmuseum. Maar,
zo zegt de gids, dat heeft niets te maken met het onderschrijven van zijn
ideologie, het is gewoon toeval. Zijn weduwe heeft hier immers ingewoond bij
haar schoonzoon Boshoff (waar ze trouwens in 1995 is bezocht door Nelson Mandela).
Op een koppie (heuveltop) staan de bustes van een heel aantal mannen. Ook hier
drukt de gids ons op het hart dat het niks met ideologie te maken heeft. Maar
het is een fijne selectie van de Apartheids-“die hards”: Kruger, Verwoerd,
Strydom, Vorster, Hertzog. President Steyn van de Vrystaat en de gematigde Jan
Smuts staan er niet bij. De laatste premiers/presidenten die betrokken waren
bij de overgang naar de regenboognatie ontbreken ook. Dat op zich is een
duidelijk statement.
Wat later rijden we voorbij het beeld dat de bijdrage
van de Afrikaner vrouw aan het Afrikaner volk eert. Het is een koeksister (een typisch
Zuid-Afrikaans zoet gebakje: gedraaid stukje deeg dat in olie en stroop wordt
gebakken). De Zuid-Afrikaanse overheid eert zijn vrouwen op 9 Augustus, de
herdenking van de mars op Pretoria (zie link). Het is een herdenking van een totaal
andere orde. Het is duidelijk wie hier in Orania de broek draagt.
Het dorp trekt een heleboel arme blanken aan. Mensen
die in het nieuwe Zuid-Afrika hun sociale vangnet hebben verloren. De
gelaatstrekken van vele inwoners doen een kleine genenpoel vermoeden. Voor deze
inwoners -bereid om hard te werken- voorziet het dorp in piepkleine
arbeidershuisjes. Daar kan je in als je als gezin komt. Kom je als individu,
zonder geld, dan word je in het logement voor alleenstaanden gehuisvest. Er is
een kosthuis voor mannen, en een hele eind daarvandaan, voor vrouwen. De gids
benadrukt weer het Christelijke karakter van de gemeenschap. Blijkbaar kunnen
die waarden alleen door de expliciete regels van de dorpsraad gevestigd worden.
Het
is een bizarre ervaring om hier rond te rijden. Het is een gemeenschap van
mensen die zich totaal afzonderen van het multi-culturele karakter van het
nieuwe Zuid-Afrika, maar ook van de wereld. Het is een maatschappij die
terugkeert naar een situatie waar de gemeenschap bepaalt wat je doet, wat je
denkt, waar je woont -zoals het hier tot 25 jaar geleden ook was. Een
gemeenschap die leeft in een zeepbel, schoon en veilig, maar op zoveel vlakken
verwijderd van de wereld.
Reacties
Een reactie posten